Hoe om te gaan met waterreducerende middelen in beton

De meestewaterreducerszijn anionische oppervlakteactieve stoffen. Momenteel worden polycarboxylaatwaterreducers en naftaleenwaterreducers veel gebruikt op de markt. Onder de voorwaarde van het handhaven van de inzakking van het beton, kan het het waterverbruik voor het mengen aanzienlijk verminderen en de kwaliteit van het beton verbeteren. Het speelt een belangrijke rol bij het aanpassen van de betonprestaties door de sterkte van het beton te vergroten en de generatie van scheuren te verminderen.

Echter, door de invloed van meerdere factoren zoals de afname van de kwaliteit van de grondstoffen en het gebrek aan professionaliteit van het personeel, zullen verschillende verschijnselen optreden in het betonmengsel gemengd met waterreducerend middel. Hieronder worden ze één voor één geanalyseerd en opgelost.

01 plakverschijnsel

Een deel van de cementmortel blijft aan de wand van de menger plakken, waardoor het beton ongelijkmatig, minder as en plakkerig wordt.

Reden: 

Beton is plakkerig. Dit komt vaak voor na het mengen van vertragers en superplastificeerders, of in trommelmengers met een kleine as-diameterverhouding.

Oplossing:

(1) Besteed aandacht aan het tijdig schoonmaken en verwijderen van het resterende beton;

(2) Voeg eerst het aggregaat en wat water toe en roer, voeg vervolgens het cement, het restwater en het waterreducerende middel toe;

(3) Gebruik een grote as-tot-diameterverhouding of een geforceerde menger.

02 Pseudocoagulatie

(1) Een onvoldoende gehalte aan calciumsulfaat en gips in cement leidt tot overmatige hydratatie van calciumaluminaat;

(2) Het waterreducerende middel is slecht aanpasbaar aan dit soort cement.

(3) De hoeveelheid triethanolamine overschrijdt 0,05-0,1%. Op dit moment is de initiële instelling erg snel, maar de uiteindelijke instelling niet.

Oplossing:

(1) Verander het type cement;

(2) De bijmenging op de juiste wijze aanpassen en een redelijke samenstelling uitvoeren;

(3) Voeg de Na2SO4-component toe aan het mengsel.

03 niet-condensatie fenomeen

Na het toevoegen van het waterreducerende middel duurt het lang voordat het beton is uitgehard, zelfs een hele dag en nacht, of het oppervlak bloedt en wordt geelbruin.

reden:

(1) De hoeveelheid superplastificeerder is te groot;

(2) Overmatig gebruik van vertrager.

Oplossing:

(1) Overschrijd de aanbevolen dosering niet met 2-3 keer. Hoewel de sterkte lichtjes wordt verminderd, wordt de 28d-sterkte minder verminderd en wordt de langetermijnsterkte nog minder verminderd;

(2) Verhoog de uithardingstemperatuur op de juiste manier na de uiteindelijke uitharding en versterk het watergeven en uitharden;

(3) Verwijder het gevormde deel en giet het opnieuw.

04 Laag intensiteitsfenomeen

De sterkte is veel lager dan de testresultaten van dezelfde leeftijd, of het beton is uitgehard, maar de sterkte is extreem laag.

reden:

(1) De hoeveelheid luchtbelvormende waterreducer is te groot, waardoor het luchtgehalte in het beton te groot is;

(2) De trilling is niet voldoende nadat de luchtbelvormende waterreducer is gemengd;

(3) De water-cementverhouding werd niet verlaagd of juist verhoogd.

(4) De kwaliteit van het waterreducerende middel voldoet niet aan de eisen, bijvoorbeeld omdat het gehalte aan werkzame stoffen te laag is.

Oplossing:

(1) Andere versterkingsmaatregelen nemen of opnieuw storten;

(2) Versterk de trillingen na het gieten;

(3) Maatregelen treffen tegen de voornoemde redenen;

(4) Identificeer deze partij waterreducer.

05 Te snel verlies

Het beton verliest snel zijn verwerkbaarheid en de inzakking neemt elke 2-3 minuten na het verlaten van de tank met 1-50 mm af en er is een duidelijk bodemfenomeen. Beton met een grote inzakking is gevoeliger voor dit fenomeen.

reden:

(1) Het waterreducerende middel is slecht aanpasbaar aan het gebruikte cement;

(2) De luchtbellen die in het beton worden gebracht, blijven overstromen en het water verdampt, vooral wanneer de luchtbelvormer voor waterreductie wordt gebruikt;

(3) Betonmengtemperatuur of hoge omgevingstemperatuur;

(4) De betonverzakking is zeer groot.

Oplossing:

(1) De reden achterhalen en maatregelen nemen tegen de reden;

(2) Er wordt gebruikgemaakt van de namengmethode, waarbij het waterreducerende middel wordt gemengd nadat het beton 1-3 minuten is gemengd of zelfs vóór het gieten, en vervolgens opnieuw wordt gemengd;

(3) Let op dat u niet alleen water toevoegt.

06 Verzakkingsvoeg

Er zullen enkele korte, rechte, brede en ondiepe scheuren in het gestorte beton zitten, vóór en ná het uitharden.

Reden: 

Het beton is viskeuzer nadat het is gemengd met een waterreducerend middel, het bloedt niet en zakt niet gemakkelijk volledig in, en het verschijnt meestal aan de bovenkant van de stalen staaf;

Oplossing: 

Oefen druk uit op de scheuren vóór en ná het uitharden van het beton, totdat de scheuren verdwijnen.